CarinenStefanBom.reismee.nl

Dag 16: Van Epen naar Poeldijk.

Zoals beloofd een verslagje van de laatste dag. Niet meer dan een 'thuiskomdag'. Via de snelweg. Half 10 weg en 12 uur thuis. Inmiddels zit Carin in het gips met een gebroken middenvoetsbeentje. In Limone heeft Carin even klem gezeten tussen de koffer en de weg omdat de (stilstaande) motor op een helling kantelde. Aanvankelijk dachten we aan een kneuzing. Carin heeft de vakantie, heel stoer, uit 'gelopen'. Omdat het tóch pijnlijk bleef zijn we bij thuiskomst direct naar de huisarts gegaan en die verwees door naar het ziekenhuis voor een foto. Daar bleek dat het middenvoetsbeentje van de linker kleine teen gebroken is. En dan kom je dus in het gips thuis. We hadden er zelf al wel een beetje rekening mee gehouden. Voor Carin nu dus verplicht rust houden. Zo zie je maar: een ongeluk zit in een klein hoekje.

Al met al zijn we weer blij met de tijd die we hebben mogen hebben. Met wat we gezien hebben onderweg zijn we blij dat we weer gezond en heel thuis zijn met een heleboel mooie herinneringen. Iedereen die ons heeft gevolgd: bedankt! We hopen dat jullie een beetje mee hebben kunnen genieten. Bedankt voor jullie lieve en leuke reacties! Voor wie nog op vakantie gaat: veel plezier en doe voorzichtig. Voor iedereen: liefs aan allen en tot ziens!

Dag 15: Van Straatsburg naar Epen.

Vandaag een rit van dik 370 km. Omdat de mini-laptop het begeven heeft kunnen we dit keer de route niet van te voren plannen en in de navigatie zetten. Wat we wel kunnen doen is de bestemming intoetsen met de routevoorkeur op 'snelwegen vermijden' en ons laten verrassen. Dus dat doen we dan maar. En ik moet zeggen...het was een aangename rit. Vijf landen aangedaan vandaag. Frankrijk, Duitsland, Luxemburg, Belgie en Nederland. Ondanks dat dorpen en steden voor oponthoud zorgen, was er op de B-wegen prima door te rijden en zoooo veel meer te zien dan over de snelweg. In Duitsland en Frankrijk mag je respectievelijk 100 en 90 km per uur. En dat is goed te doen. Hele stukken heb je de weg gewoon voor jezelf. Soms word je verrast door wegafsluitingen en moet je even alternatief, maar dat is ook best geinig. Maar de meeste verrassingen blijven toch echt gewoon de uitzichten onderweg en het steeds veranderende landschap. Morgen rijden we naar Poeldijk en zit ons avontuur van dit jaar er weer op. Ik zal jullie berichten of die laatste etappe ook is goed gegaan.

Dag 14: Van Reith bei Seefeld naar Straatsburg

Zo....ik zit. Gedouched en wel. Het was een lange en aan het eind enerverende rit. Het zou een rit van ongeveer 500 km worden. We waren even 'vergeten' hoe het is om zo lang op de motor te moeten zitten. Maar we hebben het gered! Het eerste stuk is nog flink door de bergen. Om van Oostenrijk naar Duitsland te geraken zijn er meerdere wegen, echter vanaf de plek waar wij zaten moesten we de Fernpass nemen. En die is best te doen. Alleen houdt het wat op... . In de buurt van Schwangau schiet je dan de snelweg (de 7) op, via Kempten en Ulm. Echter na Memmingen zijn we hier van af gegaan en hebben we 'de binnenlanden van Zuid-Duitsland een stuk verkend. Helaas lopen er op deze hoogte geen snelwegen van oost naar west. 300 km binnendoor is dan wat veel. Dus bij Reutlingen pak je dan een stuk snelweg onder Stuttgard door, om vervolgens richting Karlsruhe te rijden, waar je ook weer onderdoor wegdraait, richt Straatsburg en, heel raar, richting Basel zoals de borden aangeven. Je moet dus weer een stuk zuidwaards en dat voelt raar; alsof je weer terug gaat. Op het laatste traject, net voorbij Karlsruhe, zien we plotseling een vrachtwagen op de tegenoverliggende baan over de vangrail heen komen. Deze glijdt aan onze kant op ons af. Gelukkig rijden we rechts en kunnen we op tijd de rondvliegende brokstukken ontwijken en remmen. We staan als eerste in de snel vormende file stil. Ik spring van de motor om te kijken of en hoe ik kan helpen. De vrachtwagen ligt op zijn kant met de kabine aan onze kant. Tegen de oplegger, die over de vangrail hangt, staat een personenwagen boven op de vangrail. Ik kom als eertse bij de kabine aan. De voorruit is in duizenden stukjes maar hangt er nog wel in. De bestuurden staat op de rechterdeur van de kabine verdwaasd om zich heen te kijken. Het valt nog mee hoe hij er toe is. Wel veel bloed op zijn hoofd en gezicht. Samen met een ander aangesnelde bestuurder slaan we de ruit er uit en halen we de chauffeur uit de kabine. Die wordt opgevangen door andere toegesnelde vrijwillige hulpverleners. In de drukte hoor ik dat de chauffeur van de personen auto het 'goed' maakt. Inmiddels begint het aardig naar benzine te ruiken. Ik probeer de mensen weg te dirigeren. Als ik naar rechts kijk zie water en benzine richting mijn motor stromen. Onze helmen zijn al bijna nat. Snel kijk ik op me heen of ik nog wat kan betekenen. Er zijn inmiddels voldoende mensen in de weer om van alles te regelen. Samen met Carin probeer ik richting de motor te komen. Sommige automobilisten proberen tussen de stukken puin en vangrail heen weer door te rijden. Het is vreemd, maar de stroom auto's komt alweer op gang en vervolgt zijn weg. Iemand is zo vriendelijk om ons er door te laten en nog net op tijd kunnen we helmen droog van de weg oprapen. Hoe het verder is afgelopen weet ik niet. Ook wij zijn doorgegaan, een lege, surrealistische weg voor ons. We hebben denk gedaan wat we konden doen. De rest van de rit, zo'n 80 km nog, doet onwezelijk aan als je net zo iets voor je ogen hebt zien gebeuren. We zijn stil, blij en opgelucht als we veilig de motor voor het hotel neer mogen zetten.

Dag 13: Een dagje Seefeld en 'hogere sferen'.

Vandaag naar alle waarschijnlijkheid alleen een verhaal. Na het uploaden van de foto's en filmpjes liet de laptop het afweten. Of hij nu oververhit is of de geest heeft gegeven weten we niet. Voor nu krijgen we hem niet meer aan de praat. Gelukkig staat alles als back-up op stick.

Vanmorgen was het best nog mistig. Toch wilden we proberen bij Seeberg wat ' in hogere sferen' te komen. Met een kabeltrein en een kabelbaan dwars over een ravijn konden we de Harmelekopf bereiken. Daar hadden we een prachtig uitzicht over verschillende dalen en bergen. Omdat de bewolking aardig in beweging was hadden we steeds een veranderend 'landschap'. Soms zaten we boven de wolken en zagen we toppen. Soms steeg de bewolking ver genoeg op om de dalen en dorpjes te zien. Geen spijt van dat we dit tochtje vandaag ondernomen hebben.

Seefeld zelf is een leuk plaatsje om even in rond te lopen. Karakteristieke huizen en straatjes, zeker als je hier in de winter zou zijn. Daar is het dus ook vooral op ingericht. Maar ook in de zomer wordt het hier behoorlijk druk bezocht. Leuk dat we hier in Oostenrijk nog een tussenstop hebben gemaakt. Morgen een lange dag naar Straatsburg. Hopen dat het droog blijft.

Dag 12: Van Limone naar Reith bei Seefeld.

Na een rustig ontbijtje en wat inpakwerkzaamheden konden we rond 9.45 uur weer op de motor kruipen om weer eens wat noordelijker te gaan kijken. Lekker weer alles binnendoor. Goed te doen en lekker weer om te toeren. Een hoop nieuwe uitzichten, maar ook beelden van herkenning omdat we hier eerder al een rond hebben gereden. De Brennerpas is er één van…hé, zijn we er al over heen? En verder lekker bergie op…en bergie af. Eenmaal bij het hotel aangekomen ligt er een briefje op de balie dat we kamer 27 hebben, met de sleutel erbij. Nog niemand gezien, maar inmiddels wel gebadderd en dus opgefrist. We blijven hier nog een dagje ‘plakken’. Wellicht wandelen we wat in de omgeving of doen we juist helemaal niets. We zien wel.

Dag 11: Naar Malcesine aan de overkant van het Garda meer

Voor ons begon de dag zo rond 14.00 uur. Uiteraard hebben we vanmorgen wel het ontbijt ‘moeten’ nuttigen rond de klok van half 9, maar om 14.00 uur stopte het pas met regenen. De planning was om met de boot naar Malcesine te gaan, daar de kabelbaan te pakken naar de top van de berg, er wat rond te hobbelen en dan weer terug te keren. Omdat we pas om 15.00 met de boot mee konden, én we om 17.30 ook de laatste boot weer terug moesten hebben, moesten we de kabelbaan, helaas, skippen. En het was nog wel zulk een helder weer… . Maar goed. Malcesine is, net als Limone, een leuk plaatsje langs de kustlijn van Lago di Garda. Ingesteld op het toerisme en daar heb je er dan ook genoeg van als je er zelf óók aan deel neemt. Lekker een beetje slenteren door de straatjes, een hapje en een drankje op een terrasje, en voor je het weet is het alweer tijd om terug te slenteren. Ook de terugvaart met de boot duurt een half uurtje, dus de goede rekenaars onder ons weten dat we dan om 18.00 uur aan meerden in Limone. Motortje op, stukje terug rijden, parkeren, stukje lopen, van het uitzicht genieten…pff… voor je het weet is het 18.30. Tijd voor het diner. Nou, dat dan nog even niet, want vóór de wifi verloopt vandaag moet het verhaal en de foto’s ‘het net op’ voor onze trouwe volgers. Morgen stappen we weer op de motor voor een wat langere tocht; zo’n dikke 250 km bergen richting Oostenrijk. Even ten westen van Innsbruck ligt Seefeld, en daar blijven we 2 nachtjes. Kijken we daar nog even wat rond…. .

Dag 10: 4 meren tocht: van Lago di Garda naar Lagi del Idro, Lago d’Ampola en Lago di Ledro.

Na een wat moeizame nacht (niet álle hotelbedden zijn goed) en een druk ontbijt (jeetje wat een toeristenfabriek) zijn we op de motor gestapt voor een tocht van 135 km langs de 4 bovengenoemde meren. De route stond al in de navigatie. Helaas kent die niet precies de wegen waar wél en niet gereden mag worden, dus moesten we soms weer onverrichte zaken de berg afdalen als we nét met moeite zo’n 200 meter via de nodige haarspeldbochten de berg óp waren gereden. Maar goed, dan maar op de ‘bonne fooi’; langs het Lago del Garda naar Salo, om van daar dan af te buigen, de borden ‘Lago del Idro’ volgend. Uiteindelijk kom je er wel. Vanaf daar konden we de route via de navigatie weer oppakken. In het dal van het Idro meer begon het wat te spetteren. Vlak ná het meer hebben we ergens een cappuchino (nou ja, een paar dan) genomen om de (onweers)bui, samen met nog aardig wat andere mensen, uit te zitten. Toen het wat minder werd (nagenoeg droog) weer opgestapt en de rit voortgezet. Door verschillende dalen met steile wanden kom je dan uiteindelijk langs het kleine Lago d’Ampola. Niet meer dan een ‘Delftse Hout’, maar dan in de bergen, en, uiteraard, heel wat idyllischer. In Val di Ledro kom je uiteindelijk het gelijknamige meer tegen. Leuk ingeklemd tussen de bergen en doet heel vriendelijk aan. Vanaf Lago dir Ledro daal je vervolgens weer behoorlijk af en kom je uit bij Riva del Garda. Rechtsaf en dan weer langs de bergweggetjes en door de tunneltjes richting Limone. Omdat we dit plaatsje alleen maar vanuit de verte hadden gezien, en we toch tijd ‘over’ hadden, zijn we zo ver mogelijk afgedaald naar het meer. Dat was niet moeilijk; aan de boulevard zijn voelde speciale scooter en motor parkeerhaventjes. Zo nat en koel het was in de bergen, zo bedompt warm was het in Limone. Samen nog even een boulevardje en wat pittoreske straatjes gelopen en gekeken wat de tijden zijn van de oversteek naar Malsecine zijn, want daar willen we morgen naar toe. Ná Limone was er zélfs nog tijd om het, bij de prijs inbegrepen, beautycentre uit te proberen. Heeeelemaaaal niet vervelend om daar dan even te vertoeven; wat a beautifull view over the lakesite. Hier blijven we maar even en morgen sluiten we de dag er gewoon wéér mee af. Dineren doen we maar wat later. Misschien is er dan een minder gevoel van ‘eetfabriek’ dan gisteren en hebben we een romantisch, rustig plekje bij het raam.

Dag 9: Van Pietramurata naar Limone sul Garda

Vanmorgen stond ik op met een gevoel alsof ik de avond er voor een ‘ik weet niet wat’ had gedronken. Zwalkend van bed naar badkamer en terug en misselijk tot en met. Mijn hoofd omdraaien was geen pretje. Het zal een aanval van Ménière geweest zijn. Inmiddels zit ik dit te typen, mezelf dwingend om iets te doen en overeind te blijven.

Met pijn en moeite zijn we vanmorgen vertrokken, het vertrek zo ver mogelijk uitgesteld (we mochten gelukkig tot 11 uur op de kamer blijven). Op zich wel leuk om langs het water te rijden, maar ik heb er niet écht heel veel van mee gekregen. Ik heb mijn blik maar goed op de weg en het overige verkeer gehouden want, voor de kenners onder ons, het zijn wegen vergelijkbaar met die van het Como en Lugano meer, maar dan nog vóór de modernisering aldaar.

Uiteraard waren we veel te vroeg in hotel Limonaia. Uiteindelijk was het een ritje van een uur en een kwartier. Op de vraag of we wat eerder in de kamer konden dan 15.00 uur, kregen we het antwoord dat ze hun best gingen doen. Uiteindelijk konden we 13.45 uur de kamer in en kon ik op bed neerploffen. In de tussentijd dat ik wat dutjes lag te doen is het hier dichtgetrokken en is het begonnen te regenen. Wel verfrissend want het was drukkend warm.

Hotel Limonaia ligt tegen de berg aangeplakt en kijkt uit over het Gardameer en het dorpje Limone. Een mooi uitzicht dat we zo dadelijk, als we naar het restaurant wandelen, maar eens moeten bekijken. Het is een groot hotel. Het heeft kamers en appartementen genummerd tot in de ‘weet ik hoeveel’ honderd. Overal huisjes met doorgangetjes en steegjes, allemaal op verschillende hoogte niveaus. Een dorpje op zich. Ik weet niet of het komt dat we ‘in de bergen zitten’ (zo hoog is het nou ook weer niet), maar er is hier geen wifi-verbinding. Ik ga proberen via een wifi-hotspot met mijn telefoon dit verhaal door te sturen. Voor foto’s wordt me dat te veel. Die houden jullie tegoed.